Wie actief is in de wereld van maatsoftware, kijkt er misschien sceptisch tegenaan: de ‘strijd’ van low-code versus custom development. Tot voor kort was die laatste de facto de keuze voor bedrijven, voornamelijk omdat het de enige optie was. In het laatste decennium zijn low-code platforms echter niet alleen opgekomen als een levensvatbaar alternatief, maar is het voor velen ook een strategische keuze geworden. Toon Vanhoutte, managing partner bij Noest, is expert in de materie en deelt in dit artikel zijn pleidooi voor de mix van low-code en custom development.
Bij wijze van korte introductie: low-code zette het traditionele ontwikkelingsproces op zijn kop door van de eindgebruiker de ontwikkelaar te maken. Gebruikers kunnen mee helpen bouwen aan (bedrijfs)software met behulp van een drag-and-drop interface. Op deze manier wordt de eindgebruiker niet langer gescheiden van de ontwikkelingsfase, maar speelt ze net een vitale rol.
De voordelen van low-code
Wat maakt low-code zo interessant? Allereerst is de leercurve minder steil dan bij custom development. Je kan namelijk mensen met een minder technische achtergrond een project toewijzen waarin ze low-code ontwikkelen. Het blijft natuurlijk aangeraden om hen voldoende opleiding en coaching te bieden achter de schermen. Ervaring is geen vereiste, motivatie wel. Daardoor kan het groot tekort aan developers (voor een stuk) opgelost worden.
Ook Shadow IT is hierdoor verleden tijd. Werken we niet allemaal met apps en complexe Excels zonder dat die opgezet werden door de IT-afdeling? Low-code wordt aangeboden vanuit een platformbenadering, waarbij alle applicatie- en procesontwikkelingen centraal beheerd kunnen worden.
Het allergrootste pluspunt blijft echter ‘snelheid’. Applicaties en processen worden snel gebouwd én opgeleverd. Bij custom development moet je eerst fundamenten leggen, wat tijd opslorpt. Verder kan je bij low-code flexibel aanpassingen doen en biedt het een omnichannel-aanpak. Dat wil zeggen dat je eenzelfde functionaliteit op verschillende kanalen kan aanreiken, zoals op chatbots, smartphones of het web.
De nadelen van low-code
Er zijn limieten en risico’s verbonden aan low-code, zoals de performantie, bijvoorbeeld. Die heb je niet altijd onder controle. Elk low-code platform heeft ook bepaalde beperkingen qua mogelijkheden binnen de user interface. De low-code oplossing dreigt overigens snel een wirwar te worden, dus goed beheer en duidelijke afspraken zijn broodnodig. Vaak zijn automatische kwaliteitstesten geen optie.
Daarnaast moet quasi elke applicatie data aanspreken vanuit andere systemen. Data moet immers veilig en betrouwbaar uitgewisseld kunnen worden met externe systemen. Dergelijke integraties horen niet altijd thuis in een low-code platform en vereisen een degelijke architectuur.
Tot slot moet men onthouden dat low-code meestal werkt volgens een bepaald kostmodel. Waar je bij custom development vooral voor het aantal uren ontwikkeling en een beperkte hostingkost betaalt, betaal je bij low-code, naast de ontwikkelingskost, per gebruiker per maand. Dat kan voordelig uitdraaien, maar evengoed peperduur. Het kostenplaatje is een factor die een belangrijke rol speelt bij de bepaling of er al dan niet low-code gebruikt wordt.
Conclusie
Het is duidelijk dat beide aanpakken voordelen en nadelen bieden. Bij custom development heb je volledige controle over alle facetten, maar is de implementatiekost soms hoog. Met low-coding kan je heel snel mooie resultaten neerzetten, maar bots je mogelijk op limieten waar je niet omheen kan.
Met een combinatie van low-code en custom development komen we tot een hybride vorm die ingericht kan worden naar wens. We moeten ontwikkelaars en architecten triggeren om interesse te krijgen in die combinatie. Voor elke persona binnen een proces, kan de geschikte technologie gekozen worden. Bij low-coding kan je best zo veel mogelijk binnen de mogelijkheden van het platform kleuren.
Kortom: zet in op die fusie van low-code ninja’s en traditionele ontwikkelteams om samen de toekomst in te stappen. Elk traject heeft immers nood aan goede architectuur, analyse, een projectaanpak waarbij feedback centraal staat, bewaking van kwaliteit en veiligheid, noem maar op. Gebruik dus die best-of-both-worlds om meerwaarde te creëren voor jouw organisatie!