Unilin stond een aantal jaar geleden voor een stevige uitdaging: hun bestaande shopfloorapplicatie werd moeilijker te onderhouden, terwijl het bedrijf volop groeide met investeringen in bestaande fabrieken en internationale overnames. Samen met Cronos aan de Leie zette Unilin de stap naar een moderne architectuur, met een focus op gebruiksvriendelijkheid en herbruikbaarheid. Kristoffel Vancoillie, IT Director Manufacturing & Planning Solutions bij Unilin, vertelt hoe die nieuwe applicatie de manier van werken binnen Unilin transformeerde.

Unilin is een van oorsprong Belgisch bedrijf met vijf divisies en meer dan vijftien merken, gespecialiseerd in vloerbedekking, isolatie, plaatmateriaal en technologie voor de vloer- en bouwsector. Het maakt deel uit van het Amerikaanse Mohawk Industries en telt intussen zo'n 8.000 medewerkers. Unilin telt 105 locaties en meer dan dertig productielocaties.
Shopfloor in verouderde programmeertaal
Een organisatie van dergelijke omvang vraagt om een stevige IT-ondersteuning, een uitdaging waar het IT-departement van Unilin zich al enige jaren over buigt. “Onze bestaande shopfloorapplicatie, een MES dat door onze arbeiders op de fabrieksvloer gebruikt wordt, was verouderd. Het systeem was gebouwd in Delphi, een oude programmeertaal waarvoor we nauwelijks nog mensen vinden die daarmee kunnen werken. We wisten dat we in de toekomst vast zouden komen te zitten als we niet moderniseerden. Bovendien waren we volop bezig met tal van projecten: we groeiden sterk, deden regelmatig overnames en investeerden volop in de bestaande en nieuwe fabrieken. Het was essentieel dat we konden bijbenen en onze systemen hierop konden afstemmen.”
“We wisten dat we in de toekomst vast zouden komen te zitten als we niet moderniseerden.”
De oplossing: .NET en Angular drielagenarchitectuur
In 2018 startte Unilin met de zoektocht naar een geschikte partner en oplossing. “We hadden al enkele ideeën over hoe we het best zouden aanpakken, maar hebben ook geluisterd naar de voorstellen van onze partners. Uiteindelijk hebben we gekozen om in zee te gaan met Cronos aan de Leie, die een drielagenarchitectuur voorstelden: .NET als backend, Angular als frontend, en de bestaande Oracle-database. Vooral Angular was nieuw voor ons, deze technische expertise kwam grotendeels vanuit Cronos aan de Leie en de bredere Cronos-groep."

Technische expertise, agile werken en UX/UI
Niet veel later ging de ontwikkeling van start. “Ons team bestond aanvankelijk uit zes interne mensen, met de jaren aangevuld met mensen van Cronos aan de Leie. Eerst voor de technische Angular en .NET-expertise, maar nu we die intern hebben opgebouwd, rekenen we nog op hen voor extra capaciteit. Ook namen ze de rol van scrum master op zich en hielpen ze ons om een agile werking te introduceren. Ze ondersteunden ons bij het ontwikkelen van de frontend, inclusief de schermen voor de operatoren. Daarvoor hebben we hard ingezet op UI- en UX-design om de applicatie zo eenvoudig, gebruiksvriendelijk en laagdrempelig mogelijk te maken voor de arbeiders op de werkvloer. Voor die twee laatste zaken doen we vandaag nog steeds beroep op Cronos aan de Leie.”
“We hebben hard ingezet op UI- en UX-design om de applicatie zo eenvoudig, gebruiksvriendelijk en laagdrempelig mogelijk te maken voor de arbeiders.”
Snellere onboarding en vlotter nieuwe features
Begin 2025 draaien nagenoeg alle fabrieken op de nieuwe technologie. “Nieuwe medewerkers zijn veel sneller weg met de nieuwe applicatie dan met de oude. Zelfs binnen het IT-departement zien we dat voordeel: doordat de nieuwe applicatie minder complex is en we voor een breed ondersteunde ontwikkelingstaal gekozen hebben, kunnen we sneller externe programmeurs onboarden, wat heel handig is bij tijdelijke pieken in IT-projecten.
Daarnaast kunnen we makkelijker nieuwe functionaliteiten toevoegen, bijvoorbeeld voor nieuwe productielijnen of nieuwe fabrieken. Unilin blijft namelijk investeren in groei. Daarbij proberen we telkens zoveel mogelijk van de bestaande systemen en architectuur te hergebruiken. Hoewel we door de gelijkaardige productieprocessen doorgaans weinig moeten bij programmeren, is dat bij bepaalde producten wel nodig. Dankzij de nieuwe architectuur hebben we een heel goede basis om op verder te bouwen.”

Goede UX heeft arbeiders overtuigd
Dat de nieuwe applicatie het gebruiksgemak op de werkvloer verhoogt, bleek al vrij vroeg, aldus Kristoffel. “Een van de succesvolle projecten was de implementatie van het nieuwe systeem in onze Unilin Insulation-fabrieken in Engeland en Ierland. Daar was er namelijk veel weerstand om het oude systeem te introduceren vanwege de complexe en verouderde gebruikersinterface. De frisse look-and-feel van de nieuwe applicatie resoneerde direct bij de arbeiders, wat voor een doorbraak zorgde; we kregen daardoor de nodige buy-in om het systeem succesvol te implementeren.”
Betere adoptie door feedback en vereenvoudiging
Voor medewerkers die het vorige shopfloorsysteem al langer gebruikten, was de vernieuwing een grote verandering. Zij goochelden net met de complexiteit van de vorige software. Hoe Unilin de weerstand bij medewerkers aangepakt heeft? “Eerst en vooral door agile te werken. Dankzij sprint reviews en demo’s kregen we regelmatig tussentijdse feedback van op de werkvloer, waarmee we het systeem beter konden afstemmen op de behoeften van de gebruikers. We hebben echt naar de eindgebruikers geluisterd: hun frustraties en problemen kregen onze volle aandacht, waarbij we soms extra werk verzet hebben om pijnpunten op te lossen. Dat creëert goodwill.
We focusten ook op vereenvoudiging. In het begin waren we geneigd om oude functionaliteiten een-op-een over te nemen uit het oude systeem, maar dat werd na een tijd te complex. Daarop hebben we gekeken naar wat echt nodig was en heel wat overbodige zaken weggelaten.”
“In het begin waren we geneigd om oude features een-op-een over te nemen uit het oude systeem, maar dat werd na een tijd te complex.”

Twee vliegen in één klap
“Het oorspronkelijke shopfloorsysteem ging al twintig jaar mee. Dat was klein gestart en groeide mee met Unilin. Maar vandaag zijn we zodanig groot geworden dat we fabrieks- of afdelingsspecifieke applicaties zoveel mogelijk willen vermijden. We hebben het plan om de technologie te vernieuwen dan ook gebruikt als opportuniteit om de applicatie simpeler te maken en over alle fabrieken heen te harmoniseren. Door die harmonisatie krijgen fabrieken soms toegang tot functionaliteiten die bij hen nog niet aanwezig waren, zoals stilstandsregistratie. Met deze functionaliteit kunnen al onze arbeiders nu aangeven hoe lang en waarom er een stilstand is geweest. Dat voorbeeld is nu vooral relevant voor management, maar er zijn heel wat andere features die ook voor de operator een meerwaarde zijn.”
Lokaal samenwerken met gemengde teams
Hoe het project verliep op vlak van samenwerking? “We zijn gestart met twee aparte teams: een team van Cronos aan de Leie dat zich vooral richtte op het moderniseren van de applicatie en een team van Unilin dat verantwoordelijk was voor de implementatie voor nieuwe machines en in de nieuwe fabrieken. Aanvankelijk werkten die teams naast elkaar, maar op een gegeven moment liepen de werkzaamheden in elkaar over. We merkten gelijktijdig dat het agile scrum framework van Cronos aan de Leie wat begon te wringen met onze werkwijze. Daarop hebben we de overstap gemaakt naar cross-functionele gemengde teams: Cronos aan de Leie-medewerkers werden behandeld als interne collega’s, wat ook de kennisoverdracht aan onze kant versnelde. Die samenwerking was aanvankelijk niet altijd evident – onze way of working was namelijk heel Unilin-specifiek en iedere externe persoon brengt een eigen manier van werken mee. Het moment waarop we die cross-functionele teams introduceerden, schakelde het project een versnelling hoger. We werkten allemaal samen bij ons op locatie."
“De samenwerking was aanvankelijk niet altijd evident – onze way of working was namelijk heel Unilin-specifiek.”
Waarom Unilin in zee gegaan is met Cronos aan de Leie? “Hun lokale aanwezigheid speelde een grote rol, maar ook de West-Vlaamse ondernemersspirit – de pragmatische aanpak van beide bedrijven matcht goed. Daarnaast ook hun diepgaande expertise en kennis, vooral op het gebied van agile werken en de gekozen technologieën.”
Ontwikkelen en onboarden tegelijk
“De grootste uitdaging was het moderniseren en terzelfdertijd ook de shopflooroplossing uitbreiden en introduceren in nieuwe fabrieken. We wilden de oude applicatie niet meer uitrollen, maar de nieuwe oplossing was niet altijd op tijd klaar. Door visibiliteit en transparantie over het programma te creëren en met prioriteiten te schuiven, hebben we toch geprobeerd om overal de gemoderniseerde oplossing te introduceren. In sommige gevallen moesten we een compromis sluiten en tijdelijk de oude technologie blijven gebruiken.”
Een andere uitdaging was de kennis van de huidige applicatie, die bij verschillende mensen verspreid zat. “Het Unilin-team beschikte wel over de nodige expertise, maar niemand kende het volledige systeem. Dat vormde soms een bottleneck, dus hebben we het moderniseringstraject ook gebruikt om aan kennisverspreiding te doen in het hele team en zo ook mensen kansen te geven om verder te groeien. Dat is ook eigen aan de agile manier van werken trouwens, dat de kennis meer bij het team zit.”
De belangrijkste learnings
Bij een dergelijk project leer je heel veel bij. Welke zaken Kristoffel anders aangepakt zou hebben? “Eén van de belangrijkste lessen was het belang van duidelijke communicatie over de doelstellingen. Vaak werd er te weinig stilgestaan bij de oorspronkelijke doelstelling, namelijk de verouderde Delphi-code uitfaseren, wat soms tot frustratie leidde bij mensen die ook andere aspecten willen moderniseren en alles in één keer wilden aanpakken. Ook hadden we misschien meer aandacht moeten besteden aan de impact van nieuwe technologieën en samenwerken met een externe partij; het is een grote aanpassing, zowel de manier van werken, als het inwerken in een nieuwe technologie.


IT-lifecycle-initiatief met business improvement-kijk
Een laatste waardevolle learning om af te sluiten? “Aanvankelijk was het project sterk IT-gedreven en bleef het grotendeels onder de radar. Gaandeweg werd duidelijk dat we ook ‘de businesskant’ – de operators, het lokale management en leadership – moesten meenemen in het verhaal. Voor onze divisie Unilin Insulation was er bijvoorbeeld vanuit management een duidelijke wens om de manier van werken in zeven gelijkaardige productiesites te aligneren. Daarvoor wilden ze de nieuwe shopfloor gebruiken. Dat bleek een echte win-winsituatie: wij luisterden naar de businesszijde en kregen bijgevolg zelf meer support vanuit het management.”
“We hebben nu herbruikbare componenten waarmee we efficiënter kunnen ontwikkelen in de toekomst.”
En die insteek heeft ervoor gezorgd dat de shopfloor van Unilin nu klaar is voor de toekomst. “We wilden niet enkel een toekomstbestendige oplossing creëren, maar ook een basis leggen om op termijn flexibel in te kunnen spelen op nieuwe noden, de business continu te ondersteunen vanuit IT en doorlopend verbeteringen door te voeren. We hebben in die optiek bewust gekozen voor mainstream technologieën die waarschijnlijk nog vele jaren ondersteund zullen worden. We hebben nu herbruikbare componenten waarmee we efficiënter kunnen ontwikkelen in de toekomst.”
Intussen loopt de samenwerking tussen Unilin en Cronos aan de Leie volop verder, en werken we in onze gemengde teams verder op tal van andere projecten.
Jouw shopfloorapplicatie onder de loep nemen?
Oude technologie moderniseren zonder je operationele stabiliteit in het gedrang te brengen? Cronos aan de Leie staat voor je klaar. Spring eens binnen voor een vrijblijvende babbel en vertel ons over je uitdagingen.